Market Flash:
de financiële markten in 2021

Market Flash is uw maandelijkse afspraak met onze beleggingsexperts. Elke maand delen zij hun expertise over technische beleggingsthema's of over onze fondsen. Deze maand maken zij de balans op van de belangrijkste gebeurtenissen op de financiële markten in 2021. 

Het jaar 2021 werd gekenmerkt door een wereldwijde vaccinatiecampagne tegen Covid-19, maar ook door de ongelijkheid bij de vaccinatie, waarbij de verspreiding van het vaccin sterk geconcentreerd was in de rijke landen. Het resultaat was de opkomst van nieuwe varianten, waaronder Omicron, die de eindejaarsfeesten over de hele wereld verbrodde.

Aandelen bleven ook de grote winnaars in 2021. TINA of " There is no alternative " (er is geen alternatief): in een context van zeer lage rentevoeten die al jaren aanhoudt, presteerden aandelen opnieuw beter dan obligaties.

De MSCI World Index eindigde het jaar met een stijging van 31,1% uitgedrukt in euro, terwijl het rendement op obligaties in euro negatief was (-3,5% voor staatsobligaties in alle verschillende maturiteiten (looptijden), -1,20% voor industriële obligaties, -0,60% voor financiële obligaties, enzovoort).

Weliswaar was dit het jaar van het economisch herstel na het uitbreken van de pandemie, maar toch moet worden gewezen op de uitzonderlijke performance van de Amerikaanse beurzen (+20,9% voor de Dow Jones, +28,7% voor de S&P 500, uitgedrukt in Amerikaanse dollar (USD)) en de Europese beurzen in 2021 (+23,3% voor de Euro Stoxx 50 en +22,3% voor de BEL20). De stijging is aangedreven door de massale opleving van de winsten van een zeer veerkrachtige bedrijfssector, en ondersteund door negatieve reële rentevoeten.

De aandelenmarkt is in 2021 redelijk volatiel geweest. Maar elke correctie werd gevolgd door een min of meer snelle opleving, waarbij het optimisme van de beleggers hoogtij vierde toen zij aandelen kochten (na elke daling van een paar procent). En dit ondanks de beperkingen zoals lockdowns of andere, de sterke stijging van de inflatie, de stijging van de rentevoeten, de problemen in de bevoorradingsketens...

De vertraging in China was een verrassing in 2021 en met name de bereidheid van de autoriteiten om in een aantal sectoren de touwtjes weer in handen te nemen, ongeacht de economische gevolgen, zoals met name de wanbetaling van het iconische Evergrande en de gevolgen daarvan voor de Chinese vastgoedsector.

De rentevoeten voor staatsobligaties waren veel minder lineair dan de aandelenmarkten. De Amerikaanse 10-jaars rente is in 2021 weliswaar met 60 basispunten (bp) gestegen (tot 1,51% eind december), maar blijft onder het hoogste niveau van maart (1,74%).

Hetzelfde geldt voor de eurozone (+39 basispunten voor de Duitse 10-jaarsrente over het jaar, t.o.v. -0,18% eind 2021, of t.o.v. -0,09% eerder op het jaar), met een sterkere stijging in landen buiten Duitsland (+57 basispunten voor de Belgische 10-jaarsrente, t.o.v. 0,19% eind 2021; +63 basispunten voor de Italiaanse 10-jaarsrente, t.o.v. 1,17%), wat wijst op een complexe vergelijking voor de Europese Centrale Bank, die verder reikt dan de specifieke politieke kwesties die in elk land op het spel staan.

De stijging van de inflatie was het grote onderwerp van 2021 naast natuurlijk Covid. We hebben prijsstijgingen gezien die we in decennia niet meer hadden gezien. In België steeg de inflatie van 0,3% in januari tot 5,7% in december op een jaar op jaar basis. Dit is het hoogste niveau sinds 2008. De jaarlijkse Europese inflatie bedroeg 2,4%.

Er zijn meerdere oorzaken: productie van goederen daalt, sterke consumptiestijging na de meerdere lockdowns, stijging van de olieprijs (+55% in 2021), stijging van de grondstofprijzen, enz. Er is momenteel een debat bezig over de duurzaamheid van deze inflatie. Aanvankelijk spraken de centrale banken over het tijdelijke karakter van de prijsverhoging, die vanzelf zou verdwijnen als de knelpunten zouden verdwijnen. Maar in december herzag de Amerikaanse centrale bank (FED) haar positie, uit angst dat de inflatie nog enige tijd zou aanhouden. Dit zou centrale banken ertoe moeten aanzetten hun monetaire vernauwing op te voeren en ondertussen vakkundig de aanhoudende gezondheidsonzekerheden en de stijgende prijzen te beheersen.

De euro heeft zijn 20-jarig bestaan in onze portefeuilles gevierd maar is in 2021 onder druk komen te staan ten opzichte van de meeste valuta's.

De euro is in waarde gedaald ten opzichte van de dollar (EUR/USD-wisselkoers van 1,22 eind 2020 tot 1,14 eind 2021), deels omdat de economie van de VS sneller is teruggekeerd naar het niveau van voor de Covid crisis dan die van de eurozone. Aangezien de inflatie in de VS veel hoger is dan in Europa, heeft de FED reeds gereageerd door haar opkoopprogramma te verminderen. Als gevolg daarvan is het rendementsverschil tussen de 10-jarige Amerikaanse en Duitse rente groter geworden. Dit speelde in het voordeel van de dollar.

De euro is ook gedeprecieerd ten opzichte van het pond (GBP) (de wisselkoers EUR/GBP is gedaald van 1,89 eind 2020 tot 1,84 eind 2021). Het pond heeft ook geprofiteerd van een sterk herstel na de Brexit, een snellere vaccinatiecampagne dan in Europa (althans voor de eerste twee dosissen). Het VK had ook een hoge inflatie die heeft geleid tot hoge verwachtingen over mogelijke renteverhogingen en een eerste renteverhoging kwam er door de Bank of England op 15 december, zij het een bescheiden verhoging.

Opwarming van de aarde, koolstofemissies, smeltende gletsjers, goed bestuur, gelijkheid van mannen en vrouwen... 2021 was ook het jaar van de duurzaamheid. Overheidsinstanties zijn op dit gebied zeer actief geweest. We hadden de VN-top over de COP 26, de Europese Green Deal en het Amerikaanse BBB-plan.

Het BBB-plan, of "Build Back Better", heeft tot doel de Amerikaanse middenklasse, die zwaar op de proef is gesteld door de financiële crisis en de pandemie, te ondersteunen met in hoofdzaak een reeks sociale maatregelen. Het BBB-plan bevat ook het Amerikaanse klimaatplan, met een grootteorde van meer dan 500 miljard, dat essentieel is voor het land om zijn doelstellingen te bereiken, met name op het gebied van koolstofneutraliteit.